WAT IS TITEREN HOE WERKT HET?
Titeren is het meten van antistoffen voor bepaalde ziektes in het bloed van de hond.
Door het afnemen van een druppeltje bloed van de hond kan middels de VacciCheck antilichamentest worden bepaald of er nog voldoende antistoffen in het bloed aanwezig zijn. Hierdoor kun je dus zien of er wel of niet gevaccineerd moet worden waardoor de hond niet hoeft te worden belast door onnodige vaccinaties.
HET DOEL VAN EEN VACCINATIE EN EEN TITERBEPALING
Het doel van een vaccinatie is om ervoor te zorgen dat een hond voldoende beschermd is tegen bepaalde ziektes. Voor een optimale werking van een vaccin is het dus belangrijk het
juiste moment te kiezen om te gaan vaccineren. Een vaccin zal helaas niet werken als er nog voldoende antistoffen aanwezig zijn want je hond kan maar een bepaald aantal antistoffen hebben.
Het doel van de titerbepaling is dus het meten van de hoeveelheid antilichamen om de juiste moment van vaccinatie te bekomen om er zo voor te zorgen dat je hond van een optimale bescherming geniet.
Waarop kan er getiterd worden?
- Hondenziekte (Canine Distemper Virus of CDV),
- Infectieuze Hepatitis (Canine Adeno-2 Virus of CAV-2; ook tegen CAV-1)
- Parvo (Canine Parvo-2 Virus of CPV-2).
Op Rabiës wordt niet getiterd omdat dit ongeacht de uitslag (is overigens een heel andere test) een wettelijk verplichte enting is en er hierop geen uitzonderingen mogen gemaakt
worden. Je zult dus te allen tijde over een geldige Rabiës vaccinatie moeten beschikken indien de hond meegaat naar het buitenland.
Leptospirose is een bacteriële infectie, waarvoor geen titerbepaling mogelijk is, voor een virusziekte kan dat wel. Daarnaast is de
Lepto-vaccinatie maar voor een maximaal een jaar werkzaam.
Wanneer beginnen met titeren
Titeren kan al vanaf de pup 6 weken is, steeds meer fokkers kiezen er dus ook voor om de pups al in het nest te titeren, het voordeel van zo vroeg te titeren is dat de pup vaak maar 1 vaccinatie nodig hebben i.p.v. de 3 standaard vaccinaties doordat men via een titer de juiste moment om te vaccineren kan vaststellen. Een pup krijgt van de moeder in de eerste uren antilichamen mee met de biest, indien de moeder geen antilichamen heeft zullen deze dus ook niet worden doorgegeven, als de moederhond getiterd is weet men dus exact of er nog antistoffen aanwezig zijn. Hoe lang de maternale antistoffen aanwezig zullen zijn bij de pups is per pup verschillend, de ene pup is met 6 weken al doorheen de antistoffen en de andere pas met 20 weken. Doordat men dus niet weet hoelang de antistoffen aanwezig zijn vaccineert men 3 keer in de hoop dat de vaccinaties zullen aanslaan.
Indien een pup gevaccineerd is wordt er 3 weken later nog een controle titer uitgevoerd om zeker te zijn dat de vaccinatie is aangeslagen en de pup dus niet onbeschermd zal rondlopen. Slaat deze vaccinatie aan wordt er aangeraden om na een jaar nog eens te controleren, vanaf dan zal er iedere 3 jaar een titerbepaling moeten gebeuren en kan men afhankelijk van de resultaten van de titer vaccineren op maat zodat je viervoeter te allen tijde beschermt rond kan huppelen.
Reactie plaatsen
Reacties